Je loopt door mijn hoofd
Floor Martens, Mike Moonen, Maria Stams & José Fijnaut, Robin Waart
3 juli - 27 september 2020 | Odapark Center for Contemporary Art, Venray
.
Veel hotels hebben geen kamer 13, omdat ze deze niet verhuurd krijgen. Gasten zijn bang voor mogelijk ongeluk. Het is een probleem dat praktisch wordt opgelost, nakamer 12 volgt gewoon kamer 14. We passen de telling aan en daarmee bestaat het niet. Simpel. Toch gebeurt er dan iets geks: Je loopt door de gang, op zoek naar je kamer met de sleutel in je hand. Links kamer 9, dan 10, 11, de hoek om, 12, …, 14, 15. Door afwezig te zijn wordt kamer 13 juist de enige kamer die in ieders hoofd zit. Een niet-bestaande kamer waarin niets gebeurt en waar de tijd stilstaat, maar die toch vol gevaar lijkt te zitten en daardoor de hele tijd om aandacht vraagt.
Misschien wordt het jaar 2020 wel de kamer 13 in ons leven. Een jaar dat knaagt en zeurt, met tijd die tergend voortkruipt, ongeluk dat loert in iedere waterdruppel en ondertussen overal fluitende vogels, alsof er niks aan de hand is. Kijk om je heen en zie dat kamer dertien overal zijn intrek heeft genomen: Cafés die geen café́ meer zijn, OV dat niet langer openbaar is, scholieren zonder school en een stad zonder stadsgeluiden. En dit alles veroorzaakt door iets dat wel er wel is, maar onzichtbaar blijft en juist daarom voortdurend door ons hoofd spookt.
Misschien wordt 2020 het jaar om over te slaan in onze telling. 2017, 2018, 2019, …., 2021, 2022. Een gezamenlijk coma, dat een collectief gat in ons toekomstig geheugen slaat. Hoe groot of diep dat gat zal zijn is nog niet te peilen. Maar het zal zijn zoals ieder gat, in muren, wegen of begrotingen: De afwezigheid van iets, dat duidelijke aanwezig is.
In Odapark toonden we in de zomer van 2020 een tentoonstelling waarin deze tegenstrijdigheid in alle werken opborrelde: Aanwezig worden door afwezig te zijn. De persoon die er niet meer is, maar wiens aanwezigheid voelbaar wordt door wat zij achterliet.